Met treffende portretten
verwierf Joop Stierhout vanaf het begin van z'n carrière voldoende
opdrachten om zich geheel aan de schilderkunst te kunnen wijden. In z'n
vroege oeuvre nemen en
face portretten een belangrijke plaats in. Bij het vrije werk figureert
slechts enkele keer een mens als centraal thema
in zijn doeken en schetsen.
Zelfportretten zijn hem vreemd en een huiselijk
tafereel of famielid vormt een uitzondering in zijn werk.
De modellen worden naar het leven - of post
mortum - geschilderd, ze vormen in tegenstelling tot bijvoorbeeld
de stadsgezichten, geen aanleiding tot nieuwe expressie of compositie.
De Vrije Universiteit liet door de jaren heen haar jubilerende professoren
door Joop Stierhout vereeuwigen.
In zijn galerie
(vanaf 1968) zijn voornamelijk bloemstillevens en Amsterdamse stadsgezichten
te vinden.
1 2 3 4 5 6 [7]
|